Dinsdagavond na een moeilijk weekend, maar Judas Priest speelt vanavond gewoon in de pas verbouwde 013. De band is op een uitgebreide tour om de laatste plaat ‘Redeemer Of Souls’ onder de aandacht te brengen en rond half negen is de zaal goed gevuld. Klaar voor de start!

Er hangt een lichte spanning in de lucht. Is het de anticipatie van het optreden of toch een stukje zenuwen? De organisatie heeft extra security ingezet, maar het personeel bij de deur is vriendelijk en ontspannen. Het helpt natuurlijk wel om de sfeer op orde te krijgen. De biertjes vloeien rijkelijk en de sfeer is ondanks alles prima. Je merkt toch aan de stemming dat het niet een gewone avond is. Gelukkig gaat dat allemaal veranderen.

De track ‘War Pigs’ van Black Sabbath kondigt voor de fans de aankomende start van de show aan. Geen voorprogramma voor ‘The Gods of Metal’, waarvoor zou dat nou nodig zijn? De band trapt af tegen een achtergrond met forse projecties. Rob Halford moet er even in komen qua stem, maar de band speelt strak als altijd en vooral veel van het laatste album komt langs. Het krachtige ‘The Halls of Valhalla’ bijvoorbeeld, wat begeleid wordt door beelden van Viking long boats op woeste zeeën. Ook speelt de band de overweldigende titeltrack, die op meeslepende wijze vertolkt wordt door de band.

Tussen de nummers door gaat Halford telkens een nieuw jasje aan doen. Het geeft wat mee aan de uitstraling op het podium, maar schetst samen met de geprojecteerde afbeeldinghoezen een tijdsbeeld van wat er komen gaat. De dubbele gitaarpartijen van Glenn Tipton en Richie Faulkner worden dan vast ingezet, waar het publiek van mag smullen. Het is ook prachtig om met het ruimere vlakke gedeelte voor het podium de zee van handen omhoog te zien gaan na elk nummer. Gedurende het optreden sijpelen wel berichten binnen over de afgelaste wedstrijd in Hannover en spanning daaromtrent, maar op de een of andere manier walst de band daar over heen. Met klassieke tracks weet de band de aandacht vast te houden, zoals de ballade ‘Beyond The Realms Of Death’ en het vurige, krijsende ‘Screaming For Vengeance’. Geen zorgen, Priest is hier.

Wanneer de band aan het slot salvo van de set begint, oogt Halford wat vermoeid. Gelukkig hoeft hij eigenlijk niet meer zelf te zingen in deze fase van het optreden. Met een salvo hits en een trouw publiek komt de band met weinig inspanning tot het slot van de set. ‘Breaking The Law’ heeft geen introductie nodig en schijnbaar ook geen zanger op het refrein. Het zelfde geldt voor ‘Hell Bent For Leather’, waarvoor Halford met veel rook en geronk natuurlijk eerst zijn motorfiets op het podium moet parkeren. De grijns op zijn gezicht vertelt dat dit stukje van de act nog altijd niet verveeld. Natuurlijk niet…

Voor de eerste encore, want als Judas Priest kun je moeilijk geen encore doen, speelt de band een uitgerekte jam versie van ‘You’ve got another thing coming’, met gitaarsolo en intense drumpartijen. Het is ongeveer tien uur, dus nog redelijk vroeg, maar Priest lijkt nog wel even zin te hebben. Dat blijkt dan ook wanneer de band een tweede encore inzet, na kortstondig het podium verlaten te hebben. Wat het publiek wil horen, vraagt drummer Scott Travis. Dat is niet zo’n heel moeilijke vraag en ‘Painkiller’ wordt ingezet met een Halford die nu echt zijn stem op temperatuur heeft. Als vervolgens ook nog ‘Living After Midnight’ ingezet wordt, is er geen bezorgd gezicht meer in de zaal . Judas Priest maakt van deze avond een eindeloze en speelt de angst weg.