Je zou er je boeker om kunnen ontslaan; geboekt worden op een dag dat half Nederland op gratis muziekfestivals hangt. Want als op iedere groot uitgevallen Amsterdamse straathoek een band voor een appel en een ei staat te spelen, welke gek reist er dan af naar de Overzijde van het IJ om een Britpopband-in-ontwikkeling te zien spelen?

Het klinkt bijna retorisch en – toegegeven – deze gedachtekronkel heeft ook bij uw verslaggever van dienst door het hoofd gespookt, al staande op de pond die hem over de zonovergoten Amsterdamse waterplas richting de Tolhuistuin bracht. Die gedachte werd nog versterkt toen uw verslaggever een halfuur vóór de show een zaal betrad waar op dat moment welgeteld veertien personen zaten te wachten op het concert van een van de grootste Britpopfenomenen van dit moment.

Toch bleef uw verslaggever, en wel met een goede reden. Want wanneer we de buitentempratuur en de gratis festivals even buiten beschouwing laten, bleven er voor verstokte Britpopfans maar weinig redenen over om niet naar de Tolhuistuin af te reizen. Wij Britpopfans, sowieso een met uitsterven bedreigd ras, moeten het anno 2016 vooral moeten hebben van soloconcerten en reünieshows van helden van weleer en weten stiekem ook wel dat zich sinds de opkomst van Alex Turner en zijn Arctic Monkeys eigenlijk geen enkele relevante versterking voor het genre meer heeft aangediend.

Sinds kort gloort er echter hoop. Eerder dit jaar kwam ineens een van de meest pakkende Britpopdebuutplaten in jaren (disclaimer: hierover zijn de meningen ietwat verdeeld) uit. Niet onbelangrijk detail: de plaat kwam niet van Engelsen, maar van groep Australiërs wiens lieve ik-ben-verliefd-maar-iets-werkt-er-niet-songs op fascinerende wijze in totaal contrast stonden met de woonwagenkamp-uitstraling van de formatie die de tracks voortgebracht had. Fascinatie geboren, album omarmd en voor ondergetekende én een inmiddels voor driekwart gevulde Tolhuistuin hét verhaal achter Hills End van DMAs.

Op plaat zit het met DMAs dus wel goed, maar de vraag is of het driemanschap live wat kan klaarspelen. Dat DMAs haar concerten serieus neemt blijkt eigenlijk al bij de opkomst; bestaat de band op plaat uit drie personen, daar is de livesetting liefst zeven man sterk. We tellen daarbij drie gitaristen, waardoor de Australiërs een geluidsmuur kunnen optrekken waar je u tegen zegt. In die muur is een vergelijking met Oasis en Arctic Monkeys nooit ver weg, maar horen we ook duidelijk Australische ‘Britpop’invloeden als David McComb (The Triffids) en Robert Forster (Go-Betweens). Tot slot horen we meer noiserock-achtige invloeden als Sonic Youth en Dinosaur Jr.

De aanwezigheid van zeven muzikanten maakt dat de formatie het publiek in het furieuze begin van de show bijna wegblaast met onder meer een snijdende versie van Timeless en een in recordtempo gespeelde versie van altohitje To Soon. Wanneer de band vervolgens een wat rustiger deel van haar repertoire aanboort – Straight Dimensions, misschien wel de mooiste track op Hills End – valt de formatie vooral op dankzij haar uitstraling. De slaggitarist opereert vooral buiten de podiumverlichting, de drummer zien we slechts als de rookwolk die over het podium hangt wat gaat liggen aan het einde van de tracks, en bij de bassist ontwaren we zelfs een concentratie-tongetje die af en toe zijn mond verlaat. En dan hebben we het nog niet gehad over frontman Tommy O’Dell, die de uitstraling heeft van een ongeïnspireerde karaoke-kroegbaas die om vier uur ’s nachts nog even een nummertje zingt als zijn klanten al vertrokken zijn. We moeten toegeven; het komt allemaal wat apathisch over.

Maar wat geeft het. Wat geeft het, als je vervolgens bij albumtrack In The Moment je publiek zó meekrijgt dat de eerste rijen als bezeten de tekst meezingen? Wat geeft het als je drie gitaristen zó strak op één lijn weet te krijgen? Wat geeft het als je een drummer hebt die bijna op geen fout te betrappen is? En wat geeft het, als je zanger de mooiste en rauwste Britpopstem heeft sinds Liam Gallagher zijn stembanden heeft verwassen in een combinatie van wodka, bier en teer.

Maar vooral; wat geeft het als je een debuutplaat hebt afgeleverd waarop zoveel fantastische tracks staan. Na het magnifieke noise-outro van In The Moment – vanavond toch het sleutelmoment waarop de show in de juiste richting wordt getorpedeerd – volgen met Melbourne en Lay Down nog twee prijsnummers uit het harde segment. Na enig overleg durft de formatie daarna een akoestisch blokje aan, met eerst het wat clichématige So We Know en daarna de schitterende breakuptrack Delete.

Die track – grootste hit van de formatie tot nu toe – had best het einde van de show kunnen zijn, maar gezien de formatie op dat moment amper veertig minuten gespeeld heeft volgen nog drie nummers, die door de heren ook nog flink worden verlengd in vergelijking met de albumversie. Eerst speelt de formatie Laced en Your Low, twee tracks die in belabberd afgemixte versie op de debuut-EP van de formatie te vinden zijn maar de uiteindelijke plaat niet hebben gehaald. Dat is zonde, want Laced is in zijn energieke eenvoud absoluut de moeite waard en Your Low blijkt dankzij een heerlijke gitaarriff in uitgesponnen liveversie eveneens te overtuigen.

Misschien wel hét moment van de show is slottrack Play It Out. Niet omdat het nummer zo goed is of omdat de formatie zo strak speelt, maar omdat tijdens die track eindelijk zichtbare ontspanning optreedt bij de Australiërs. De heren lachen, zanger O’Dell zoekt het publiek even op en je krijgt ineens het gevoel dat de woonwagenkamp-heren het met z’n allen ook gewoon best wel leuk hebben.

Dat einde tekent waarom DMAs zo’n intrigerend geheel is. De formatie klinkt nostalgisch zonder dat de mosterd duidelijk op één bepaalde plek gehaald is, is cool zonder ook maar enige vorm van een hippe uitstraling en klinkt bijzonder muzikaal zonder dat het ooit echt complex wordt. Als je dát op een plaat kan vatten, én live ook in staat bent dat vervolgens bijna foutloos over te brengen in een middelgrote clubzaal, dan is de Tolhuistuin zeker niet je eindstation. Iets losser, iets meer lachen, iets meer genieten en – dus – iets meer oogsten en DMAs kunnen wel eens een grote toekomst tegemoet gaan. Imponerend concert.