Op deze vierde en laatste dag van Graspop genieten onze Belgische vrienden nog altijd na van hun 5-2 overwinning op Tunesië gisteren. Zo blijkt wel uit de aankondiging van Vandenberg’s Moonkings: ‘En dan nu de enige Nederlandse band op Mainstage, gelukkig hebben jullie Nederlanders het WK nog. Hier zijn Vandenberg’s Moonkings.’

Het is nog niet druk op het veld wanneer Ad Vandenberg en zijn band het podium betreden. Maar de mensen die de moeite hebben genomen om wat eerder op te staan worden niet teleurgesteld. Wat een heerlijke band heeft Ad om zich heen verzameld. De ritmesectie staat namelijk als een huis en zanger Jan Hoving kan getuige zijn vocale uitvoering van Led Zeppelin’s ‘Rock and Roll’ zo op auditie bij Page en Jones, mocht een reünie met Plant niet lukken. ‘Burning Heart’ van Vandenberg en ‘Here I go Again’ van Whitesnake, twee nummers die Ad schreef voor zijn voormalige bands, komen ook weer langs en uiteraard worden beide nummers voluit meegezongen door het publiek. Lekker wakker worden met de Moonkings dus.

Rude Awakening

Met Pro-Pain is het heel wat ruwer ontwaken. Onder het motto ‘Make War, Not Love’ vuren Gary Meskil en de zijnen messcherpe hardcoreriffs op het veld af. Met veel ‘hey, hey, hey’ probeert de band haar publiek op te zwepen. En verhip, de eerste circplepit van de dag is een feit. De band schotelt ons o.a. nog ‘Deathwish’ en het aan Vinnie Paul opgedragen ‘Shine’ voor, maar echt memorabel wil het optreden maar niet worden. Hiervoor speelde band iets te vroeg op de middag en is de keuze van het songmateriaal te eendimensionaal.

Schaamteloze kopie

Zo fout dat het goed is. Zo valt het optreden van Eisbrecher, een schaamteloze kopie van Rammstein, het beste te omschrijven. De band klinkt in alles als hun Duitse voorbeelden: van de makkelijke, oversekste teksten, de pompende elektronica tot de industriële riffs en de klokvaste drums. Nee, de originaliteitsprijs verdient Eisbrecher niet, maar we moeten het ze nageven: het klinkt toch allemaal behoorlijk lekker.

Je moet deze Duitsers ook vooral niet serieus nemen. Frontman Alexx Wesselsky, gekleed in een marinierspak, verwacht dat ook helemaal niet van je. In het begin komen zijn slechte grappen totaal niet aan en haal je je wenkbrauwen ervoor op, maar na verloop van tijd begin je die ‘schijt aan de wereld’ houding wel te waarderen. Zo is Eisbrecher een beetje de guilty pleasure van Graspop, en daar is op zich weinig mis mee.

Bad Sound Kills Good Music

Op de tonen van ‘Straight outta Compton’ van N.W.A. betreedt Powerflo de bühne. De band onder andere bestaande uit rapper Senen Reyes (beter bekend als Sen Dog van Cypres Hill), Billy Graziadei (Biohazard) en Christian Olde Wolbers (Fear Factory) timmert toch alweer een tijdje aan de weg. Dat is er vandaag niet aan af te horen. De band klinkt rommelig. Dit wordt enigszins gecompenseerd door het enthousiasme waarmee de band speelt. Uiteraard worden alle voormalige bands van de individuele bandleden aangehaald. Zo krijgen we bijvoorbeeld ‘How it Is’ van Biohazard voor de kiezen. Maar door het rommelige geluid wil het vuurtje maar niet echt overslaan op het veld. Jammer.

Niklas Kvarforth van Shining staat bekend als een ongeleid projectiel. Het plaatwerk van deze Zweden is altijd voortreffelijk, maar live wil het nog wel eens wat minder goed uitpakken. Zo ook vandaag. Dit ligt deze keer eens niet aan Kvarfoth, die met een fles Jack Daniëls aan de mond, een saffie in de hand en een opgestoken middelvinger het podium komt oplopen, maar aan de geluidsman. Alle subtiliteit die de muziek van Shining herbergt, gaat verloren in de mix. Zonde. Het klinkt zelfs zo belabberd dat we Shining besluiten te laten voor wat is.

Nog ne Coco

Daar is hij dan! Ome Ice-T, gezicht op onweer, boze blik in de ogen. Ongelofelijk dat iemand in zijn positie na al die jaren nog zo ‘boos’ kan zijn. De band trapt af met ‘Reigning Blood’ en ‘Postmortem’ van Slayer. Daarna krijgen we een enigszins met 2015 vergelijkbare set voorgeschoteld. Dit met een iets te lang voorstelrondje van zijn band en vele oneliners die we echt toch al jaren eerder hebben gehoord.

Het mag de pret niet drukken. Body Count speelt hard en strak! En Ice-T spuwt zijn teksten met veel venijn in de microfoon. Dochterlief van 2 jaar wordt nog even het podium opgehaald. En we mogen Hellfest nog proberen te evenaren op de schaal van Body Count. Waar Hellfest kwam tot een 11.0, blijft Graspop nog even steken op een 10.5. Dat is tot aan het moment dat de crowdsurfende rolstoeler uit zijn stoel dondert, dan tikt ook Graspop de 11.0 aan. Op het einde dan nog even het nieuwe national anthem van België er tegenaan en we mogen weer spreken van een vermakelijk optreden. Niet meer, niet minder.

Let Me Entertain You

Onder het genot van een portie Vlaamse frieten en een speciaalbiertje zien we Limp Bizkit, beter gezegd Fred Durst en vrienden, vol overgave over het publiek walsen. De band ouwehoert eigenlijk meer dan dat ze spelen, en áls ze spelen zijn het vaak ongeïnspireerde covers van generatiegenoten dan eigen materiaal.

Vooral halverwege de show maakt Limp Bizkit zich eigenlijk een beetje belachelijk, maar wat de show overeind houdt is dat het entertainment van de bovenste plank is. Vooral op het einde maakt Durst zich onsterfelijk door een meisje in een rolstoel het podium op te roepen. De zanger prees haar lef om gewoon te crowdsurfen en liet tienduizenden festivalgangers voor haar applaudisseren. Mooi!

Nee, voor de echt betere feestjes moet je toch bij Skindred zijn. Deze Engelse band onder leiding van de charismatische frontman Benji Webbe scoort in de Metal Dome meer als Engeland tegen Panama eerder die middag. En dat wil wat zeggen.

Nummers als ‘Pressure’ (met stukje ‘Back in Black’ van AC/DC), ‘That’s my Jam’ en ‘Kill the Power’ mogen rekenen op een geweldige respons van het publiek en de Metal Dome deint op en neer. Volgende keer wellicht op de mainstage?

Captain Jack Sparrow

Huh!? Een coverband op het hoofdpodium? Moeten die niet in de Classic Rock Bar staan? Als die coverband Hollywood Vampires heet en bestaat uit o.a. Alice Cooper, Joe Perry en Johnny Depp dan moet je die op basis van hun CV’s wel een plekje op het hoofdpodium bieden. En het moet gezegd het klonk allemaal niet verkeerd. Depp perste zelfs een heel verdienstelijk ‘Heroes’ van Bowie uit de tenen.

De band speelt covers van o.a. AC/DC (‘The Jack’), Mötörhead (‘Ace of Spades’) en The Who (Baba O’Riley’). Uiteraard wordt ook gerefereerd aan eigen werk van Alice Cooper en Aerosmith. Het leukste en meest opmerkelijke moment van de show is aan het einde van afsluiter ‘School’s Out’. Cooper stelt de band voor en Depp blijkt van het podium te zijn verdwenen. Wanneer de overige bandleden hem proberen terug te halen, roept Cooper: ‘Here he is, the one and only Johnny Depp’ en dan verschijnt Ice-T met een brede grijns op het podium.

All hail Glenn Tipton

Judas Priest weet van geen ophouden. Na het eerder dit jaar verschenen voortreffelijke album ‘Fire Power’, staan deze metal legendes onder leiding Rob ‘Waar haalt hij toch al die kekke jasjes vandaan?’ Halford voor de zesde maal op Graspop. Voor zover weinig nieuws onder de metalen zon. Afgetrapt wordt met ‘Fire Power’. Wat opvalt is dat geluidsmix nog niet helemaal optimaal is. Gelukkig wordt het geluid al rap beter en kan iedereen genieten van en meezingen met de vele Priestklassiekers.

Bij aanvang van de toegift betreedt een zichtbaar geëmotioneerde Glenn Tipton het podium. Tipton lijdt aan Parkinson, maar klimt voor Graspop graag nog een keer in de snaren. Een siddering gaat door het publiek. En met kippenvel op de armen worden ‘Metal Gods’, ‘Breaking the Law’ en ‘Living after Midnight’ nog net even wat harder meegebruld. Memorabel optreden!

Tinnitus?

‘I can’t hear you!’, ‘I can’t hear you!’, ja hoor, Ozzy Osbourne is weer in Dessel. Vorig jaar stond hij nog voor de laatste maal met Black Sabbath op de plankieren van de Mainstage. Dit jaar solo. Ook voor de laatste keer? Je weet het niet. Evenals Judas Priest weet Ozzy van geen ophouden. Maar is het aan te horen? Tja, Ozzy is nooit de beste zanger geweest. Maar het moet gezegd, het klinkt vandaag zeker niet verkeerd.

Dit in combinatie met de geweldige band en prachtige lichtshow die hij heeft meegebracht is het een meer dan genietbaar optreden van de godfather of heavy metal. Klassiekers als ‘Crazy Train’, ‘Mr. Crowley’ en ‘No more Tears’ klinken gewoon goed. Uiteraard wordt ook de Black Sabbath catalogus geraadpleegd. ‘War Pigs’, ‘Paranoid’ en het wat minder voor de hand liggende ‘Fairies Wear Boots’ komen voorbij. Best een aardig optreden van The Prince of Darkness, al had die kwartier durende solo van Zakk Wylde voor ons echt niet gehoeven.

Cirkel is rond

Wanneer A Perfect Circle begint is het veld al aardig leeggelopen. Vermoeidheid? De kou? Of is de muziek van A Perfect Circle toch te moeilijk en niet metal genoeg? We houden het op een combinatie van deze factoren. Want aan de kwaliteit van het optreden ligt het zeker niet. De band trapt af met ‘Counting Bodies Like Sheep to the Rhythm of the War Drums’ en nieuwtje ‘Hourglass’. Wanneer daarna ‘The Hollow’ wordt gespeeld staan de haren op de armen toch weer recht overeind. Maynard James Keenan bewijst gewoon nog altijd een van de beste zangers aller tijden te zijn. Zijn intonatie, zanglijnen en klankkleuren zijn herkenbaar uit duizenden.

De nummers van het wat wisselvallig ontvangen nieuwe album doen het live ook erg goed en winnen aan kracht door de gedreven voordracht van Keenan en het kenmerkende gitaarspel van Billy Howerdel. We horen onder andere ‘So Long and Thanks for all the Fish’, ‘The Doomed’ en ‘Talk Talk’ voorbijkomen. Jammer is dat met het aan Vinnie Paul, Chris Cornell en Malcolm Young opgedragen ‘Dog Eat Dog’ een te vroeg einde komt aan de set.

Met een groots vuurwerk komt er dan een knetterend einde aan deze XL-editie van Graspop Metal Meeting. Een voor de eerste maal in de geschiedenis van Graspop volledig uitverkochte editie. Met vier maal 50.000 mensen op het terrein merk je wel dat de huidige setting enigszins uit zijn voegen barst. Dit bleek met name op de donderdag, want in tegenstelling tot voorgaande jaren, kwamen alle metalheads in één keer in plaats van in twee etappes naar Dessel. Dit leidde tot lange wachtrijen bij de inkom en frustratie bij de kampeerders die niet zo snel een plekje konden vinden. Een probleem dat zich naar alle waarschijnlijkheid volgend jaar vanzelf zal oplossen. Wel is het wijselijk om met deze bezoekersaantallen wat zwaarder in te zetten op de sanitaire voorzieningen.

Verder alleen maar hulde voor deze XL-editie. Het programma was uitstekend! De wachtrijen bij het drinken en eten halen waren te verwaarlozen en de vrijwilligers van Graspop zijn stuk voor stuk klasbakken! Wij kijken nu alweer uit naar volgend jaar!

Tekst: Sebastiaan Quekel en Jeroen Voncken

Foto’s: met dank aan alle Graspop huisfotografen