‘Clutching at Straws’ is een album waarmee ondergetekende een speciale band heeft. Als beginnend muziekliefhebber was dit namelijk een van de eerste albums die ik ooit kocht. Een jaar of twaalf zal ik geweest zijn. Ik kocht het album op muziekcassette bij Muziekland in Makado Beek, eigenlijk een smartlappenspeciaalzaak bij uitstek. Inmiddels staan hier ook de geremasterde cd-versie en de langspeelplaat in de kast. De cassette is er helaas niet meer. Compleet grijsgedraaid en na aanschaf van cd-versie vermoedelijk verdwenen met de rest van mijn cassettes.

En hoewel de meeste mensen zweren bij ‘Misplaced Childhood’, is ‘Clutching at Straws’ voor mij altijd het ultieme Marillion album gebleven. Fish is als tekstdichter op zijn hoogtepunt en bezingt zijn gevecht tegen de fles en de negatieve kanten van het succes dat Marillion als band ten deel valt. Ook muzikaal vind ik ‘Clutching at Straws’ een van de beste Marillion platen. Iets minder proggy dan voorgaande albums en een tikkeltje meer blues. Steve Rothery weet daarnaast enkele van zijn mooiste solo’s uit de elektrische gitaar te toveren. En kom op zeg, die eerste drie nummers grenzen aan muzikale perfectie!

Het was helaas ook direct het laatste album dat Fish zou maken met Marillion. Fish ging solo verder en Marillion trok een nieuwe zanger aan. Mede door muzikale ontwikkelingen in Seattle, ben ik zowel Fish als Marillion daarna enigszins uit het oog verloren. Zodanig zelfs dat ik beiden tot vanavond nog nooit live heb mogen aanschouwen.

Vanavond is dan ook een uitstekende gelegenheid om die oude liefde nieuw leven in te blazen. In een tot de nok toe gevulde popzaal van het Parkstad Limburg Theater brengt Fish namelijk ‘Clutching at Straws’ ten gehore. En dat doet hij met verve! Al zullen mensen die gehoopt hadden dat hij dit album integraal zou vertolken bedrogen uitkomen. Fish speelt de nummers van het album namelijk in willekeurige volgorde en lardeert de setlist met enkele solonummers van zijn volgend jaar te verschijnen plaat ‘Weltschmerz’. Gelukkig tornt hij niet aan de heilige drietrapsraket ’Hotel Hobbies’, ’Warm Wet Circles’ en ‘That Time of the Night (The Short Straw)’ en komen deze nummers in de enige juiste volgorde voorbij.

Fish is een begenadigd entertainer en windt het publiek moeiteloos om zijn vinger. Hij krijgt de lachers meerdere malen op zijn hand en weet het publiek zelfs te verleiden tot een klein walsje. Je ziet wel waarom de boomlange Schot heeft aangegeven binnenkort een punt te zetten achter zijn muzikale carrière. Optreden valt hem fysiek zwaar. Regelmatig neemt hij even plaats op zijn ‘barstool’ en ontlast hij zijn benen en strekt hij zijn rug.

De band die de Schot heeft meegebracht speelt adequaat. Al mis ik af en toe de punch in de wat stevigere stukken. Dit mag de pret echter niet drukken, want nummers als ‘Slaìnthe Mhath’, ‘White Russian’ en ‘Sugar Mice’ klinken ook na dik 30 jaar onverwoestbaar. Ook het nieuwe nog te verschijnen solowerk van Fish maakt indruk. Met name het dik tien minuten durende ‘Waverly Steps’ toont aan dat Fish het nog zeker niet verleerd is. Met ‘The Last Straw’, dat niet geheel toevallig ook het album eindigt, komt de reguliere set tot een einde.

Fish en band komen daarna onder luid gejuich nog een keer terug voor de toegift. En na het obscure b-kantje ‘Tux On’ en het uitbundige ‘Incommunicado’ zit mijn eerste Fish concert er dan echt op. Gelukkig is deze geslaagde hernieuwde kennismaking niet direct een afscheid, want we mogen de vriendelijke Schotse reus volgend jaar nog een keer gaan aanschouwen als Highlander bij Ayreon.